Het oneindige gesprek

In de leiderschapsprogramma’s maakt Comenius gebruik van uiteenlopende methoden, zoals het Socratisch Gesprek en de Socratische vraag. Onlangs verkenden we in het programma Verbeeldingskracht een nieuwe methodiek, ontwikkeld door het Museum of Modern Art New York en Harvard University. Het is de zogenaamde Visual Thinking Strategies (VTS). Kern hiervan is kijken. Kijken naar kunst. En dan vooral: dieper leren kijken. Het proces van signaleren, registreren en benoemen, oog in oog met het kunstwerk versterkt communicatieve kracht. Draagt bij aan samenwerking. Adelijn van Huis beheerst VTS als geen ander. Hieronder beschrijft ze de betekenis van VTS voor haarzelf en schetst ze de bijdrage die VTS kan leveren aan het versterken  van leiderschap.

Onlangs verkenden we in het programma Verbeeldingskracht een nieuwe methodiek, ontwikkeld door het Museum of Modern Art New York en Harvard University.

Wat doen we als we met elkaar praten? Een accountant en een mbo-student reflecteerden na afloop van een gesprek met Visual Thinking Strategies (VTS) op hun ervaring: ‘Tijdens vergaderingen ben ik bezig met het maken van mijn punt. Iedereen wil een duit in het zakje doen. Ik wacht op een gaatje om iets te zeggen… Maar in dit gesprek viel die noodzaak weg. Ik luisterde, en de drang om míjn stem te laten horen, was veel minder. Daardoor realiseerde ik me hoe we het normaal doen…’ Bij een andere gelegenheid zei de mbo-student, terugkijkend op het gevoerde gesprek: ‘U luistert naar mij, en dan vat u samen wat ik gezegd heb, en stelt daar een vraag over… Dat is bijzonder, het komt niet vaak voor. Ik begeleid gesprekken over kunst en doe dat op een specifieke manier, met Visual Thinking Strategies. Deze gespreksvorm brengt deelnemers een ervaring van met-zichzelf-in-gesprek-zijn die wezenlijk verschilt van hoe gesprekken meestal verlopen. De accountant merkt op dat het er vooral om gaat naar voren te brengen wat zij zélf te zeggen heeft, ongeacht wat anderen zeggen. De spreker lijkt te impliceren dat vergaderen het aaneenrijgen van standpunten is, en dat de ontvangst van die standpunten er minder toe doet, laat staan dat er een uitwisseling plaatsvindt over de ingebrachte informatie. Maar als iedereen dit doet, wie is dan de ontvanger van al het gezegde? En waarom zou je dan samenkomen?

Omgangsvormen in onderwijsinstellingen
De student benoemt hoe bijzonder hij het vindt dat er naar hem geluisterd wordt, en dat zelfs wordt doorgevraagd naar iets wat hij gezegd heeft. Hij voegt toe “..het komt niet vaak voor”. Blijkbaar is het voor hem normaal dat er niet gevraagd wordt hoe hij denkt, laat staan dat er een vraag over gesteld wordt. Het doet mij pijn als ik dit tot me door laat dringen. Het maakt me alert over de omgangsvormen die gangbaar zijn binnen (bepaalde) onderwijsinstellingen. Want als studenten niet benaderd worden met openheid en nieuwsgierigheid door hun docenten, hoe kunnen zij dan ooit een onderzoekende en kritische houding verwerven? Waar leiden we hen toe op?

Het VTS-Gesprek 
De accountant en de student reflecteren op hun ervaring van een VTS-gesprek, afgezet tegen wat ze gewend zijn. Wat gebeurt er dan in zo’n gesprek dat anders is? Allereerst is er een gespreksleider. Deze persoon vat alle opmerkingen samen. Daarmee is er dus iemand die heel aandachtig luistert, checkt of het klopt wat zij/hij begrepen heeft, en de waarde van de opmerking impliciet erkent. Direct en in hoog tempo op elkaar reageren valt weg. Voor sommigen is dat wennen. Daarentegen krijgt iedereen die iets wil zeggen de ruimte om dat te doen. Een ander opvallend kenmerk van VTS is de centrale rol die zintuigelijke waarneming speelt.

Vanuit de waarneming onderzoekt elke deelnemer het kunstwerk en geeft er betekenis
aan. Daarmee is er een gedeeld referentiepunt in de werkelijkheid. De gespreksleider brengt de aandacht steeds opnieuw terug naar het waarnemen van het voor iedereen zichtbare kunstwerk.
Naast de gespreksbegeleiding heb ik zelf honderden keren meegedaan met een VTS-gesprek. En wat het levendig maakt, heb ik gemerkt, is dat ik tíjdens zo’n gesprek ontdek wat ik zie en denk. Mijn verhouding tot het kunstwerk groeit en verschuift. Alsof ik mezelf ter plekke uitvind. Van tevoren weet ik niet waar ik uit zal komen, maar als ik begin te kijken, te praten en te luisteren naar anderen, ontstaat de betekenis vanzelf.

Het verrast me telkens weer, dat ik gaandeweg meer helderheid krijg over hoe ik tegenover het werk sta. De tijd speelt hierin een rol, 20 minuten lang kijken geeft de gelegenheid tot gedetailleerd kijken en verbanden leggen. Ook de vertraging door het samenvatten van de gespreksleider doet mee en de aanwezigheid van anderen die delen wat er in hen opkomt.

Het kunstwerk tot leven brengen 
Terwijl ik dit opschrijf realiseer ik me dat het kunstwerk waar ik tijdens een VTS-gesprek naar kijk, vreemd is, nieuw is, onontgonnen terrein is. En dat ik me uitgenodigd voel om het zo te benaderen. Keer op keer op keer op keer – gedurende het hele gesprek, verleidt de gespreksleider ons als deelnemers om opnieuw te kijken. Om te blijven kijken en te onderzoeken. Om het kunstwerk tot leven te wekken met onze verbeelding. Tijdens het gesprek ontstaat een weefsel van gedachten waarbij de gespreksleider expliciteert hoe we op elkaar voortbouwen. We hoeven er niet ‘uit’ te komen. Een ‘juist’ eindantwoord is er niet, en wordt van ons als kijkers niet verwacht. Het gesprek blijft open en is in feite oneindig. Het verkennen van wat voorligt kan altijd doorgaan.

Onbekend is ongemakkelijk
Dit is een fundamenteel andere houding dan we op veel andere momenten aannemen. Meestal houden we niet van het onbekende. Het roept ongemak op, moet weggewerkt. Duidelijkheid, resultaat en overeenstemming zijn gewaardeerde kwaliteiten. ‘Onzekerheid’ is een probleem dat we het liefst willen ‘oplossen’. Als professional, ouder, als mens, hebben we een positie, een mening, een duidelijk idee waar het heen moet, of wat de kern van de zaak is. En als dat ontbreekt is er een probleem. Met deze manier van denken en functioneren beperken we onszelf. De zoekende meerstemmigheid die een VTS-gesprek naar voren brengt, is iets wat we óók nodig hebben. Een houding van nieuwsgierigheid en openheid, naar onszelf en onze omgeving. Een wijze van kijken en denken die ons uitnodigt stil te staan bij wat de dingen voor ons zouden kunnen zijn en zouden kunnen betekenen.

Biografie:
Adelijn van Huis studeerde culturele en intellectuele geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen en ging daarna naar de beeldende kunstopleidingen de Gerrit Rietveld Academie en De Ateliers. Na een periode als zelfstandig werkend kunstenaar maakte Adelijn een switch naar het begeleiden van gesprekken in musea en organisaties, waarbij zij de afgelopen jaren steeds meer samenwerkt met andere professionals als een antropoloog of organisatiecoach. Sinds januari 2021 is zij onderdeel van het OrganisatieAtelier, waar organiseren, kunst en wijsheid samenkomen. In 2015 was zij medeoprichter van de Stichting VTS Nederland die professionals in het onderwijs, de culturele sector, en de zorg traint in gespreksbegeleiding en hen adviseert. De Stichting is onderdeel van een internationaal netwerk en partner in een Erasmus+ samenwerking, momenteel in een project over inclusie. Tot op heden heeft zij zich met grote interesse verdiept in diverse vormen van gespreksvoering en procesontwerp, zoals Deep Democracy, Geweldloze communicatie, Art of Hosting en Visual Thinking Strategies (VTS).

Adelijn van Huis is spreker voor Comenius’ korte programma Verbeeldingskracht 

Lees meer over Verbeeldingskracht

 

Deze tekst verscheen eerder als Lecture Spirituelle.

Verder praten over dit artikel? Neem contact op met Team Leiderschapsontwikkeling via 033 – 422 99 29 of mail naar info@comeniusleadership.nl.