Het goede doen

De belangrijkste vragen die bestuurders en andere leiders in organisaties zich stellen zijn: doen we het goede? Wat is rechtvaardig? Dienen wij het geheel?

In dit artikel zet Clovis Hopman zijn gedachten uiteen over ‘de zoektocht naar het goede’ en ‘verantwoordelijkheid nemen in complexiteit’.

Een voortdurende stroom van keuzes/casuïstiek dwingt hen deze vragen dag in dag uit te beantwoorden. Antwoorden die vorm krijgen in besluiten, oordelen, aanmoedigingen, adviezen. Veelal gaat het om eenvoudige, routinematige kwesties waarin het oordeel met redelijke overtuiging en gemak tot stand komt. Gelukkig maar: niet elk besluit om kosten te maken, om tot een uitspraak in een functioneringsgesprek te komen of om een hulpvraag van een collega te beantwoorden leidt tot een filosofische of ethische worsteling.

Maar er dienen zich ook grote vragen aan, die wel tot zo’n worsteling kunnen leiden. Draagt mijn organisatie bij aan een betere samenleving? Hebben we hetzelfde beeld bij wat “beter” dan is? Hoe vind ik het evenwicht tussen een open sfeer waarin alles gezegd mag worden en medewerkers die gekwetst kunnen raken door wat er gezegd wordt? Wat te doen als waarden met elkaar schuren? Wat doe ik als mijn eigen waarden botsen met die van mijn organisatie?

Situaties genoeg waarin het antwoord op de vragen wat goed of rechtvaardig is niet zo eenduidig is. Dit kan de nodige twijfel en buikpijn met zich meebrengen. Soms zal deze in eenzaamheid beleefd worden – it’s lonely at the top –, maar veelal zal twijfel besproken worden met collega’s in vergaderingen, intervisie en gesprekken bij de koffieautomaat.

De socratische dialoog
De socratische dialoog, vast onderdeel van de Comenius Leergangen, is een gespreksvorm met een
lange traditie, waarin een algemene vraag aan de hand van zo’n buikpijnmoment in groepsverband wordt onderzocht. Eén deelnemer brengt een casus in van een moment waarin zij twijfelde over de juistheid van haar beslissing. De andere deelnemers aan het gesprek verplaatsen zich in haar situatie en komen aan de hand daarvan tot uitspraken over de algemene vraag. Deze uitspraken worden kritisch onderzocht door elkaar te bevragen (klopt wat je nu zegt? Wat bedoel je hier? Waarom vind je dat?) en door eigen/ aanscherpende suggesties te doen; alles erop gericht om tot uitspraken te komen waarvan één of meerdere deelnemers de overtuiging hebben dat ze juist zijn en dat zij er werkelijk volledig achter staan.

In zijn proefschrift From science to conscience. The Socratic dialogue reconsidered onderzoekt Erik Boers hoe we de uitkomsten van een socratische dialoog moeten duiden. Hij onderstreept het hermeneutisch-ethische karakter ervan. De socratische dialoog leidt niet tot universele regels over de waarheid, maar tot (meestal meerdere) particuliere oordelen over rechtvaardigheid, die bovendien geënt zijn op de casuïstiek aan de hand waarvan het gezamenlijke morele onderzoek heeft plaatsgevonden. Bovendien draait het gesprek om een ethische interpretatie van de casus – en met die interpretatie komt de betekenis die deze
voor de deelnemers heeft.

Het gesprek als complex systeem
Er vindt dus een gezamenlijk moreel onderzoek plaatst. Wat gebeurt daar precies? Wat is het belang van dat onderlinge (socratische) gesprek? Er worden gedachten uitgesproken tussen de deelnemers terwijl die gedachten zich tegelijk vormen tijdens het uitspreken ervan. Er is dus sprake van een wisselwerking (in het gesprek) tussen verschillende actoren (de deelnemers). Deze wisselwerking is niet-lineair: er is een feedbackloop tussen de gesprekspartners. A spreekt iets uit, B reageert, dit zet A aan het denken, etc. Naast deze waarneembare feedbackloop speelt iets soortgelijks zich af in onze hersenen. Enkel het formuleren en uitspreken van een overtuiging terwijl iemand aandachtig luistert heeft effect op hoe we woorden geven aan die overtuiging, hoe die zich vormt en wijzigt terwijl we spreken. We vormen niet alleen onze woorden, maar ook onze gedachten en overtuiging terwijl iemand instemmend knikt, fronst of lacht. Deze beschrijving van een socratisch gesprek suggereert dat dit gesprek zich laat kenschetsen als een complex systeem.

Een complex systeem kan gedefinieerd worden als een verzameling van onderling verbonden of wisselwerkende elementen die als geheel gedrag vertonen dat niet direct afleidbaar is uit de eigenschappen van de individuele elementen. Het archetypische voorbeeld van complexe systemen is de spreeuwenzwerm. Elke spreeuw volgt eenvoudige gedragsregels, maar in collectiviteit leidt dit tot de grote, bewegende vormen van de spreeuwenwolk aan de avondhemel, die door geen van de spreeuwen bedoeld zijn, maar die zij in collectiviteit creëren. Er is sprake van autopoiesis, zelfcreatie door de wolk als geheel. Een fundamentele eigenschap van complexe systemen is dat zij inherent onvoorspelbaar zijn, omdat een kleine aanpassing op microniveau (één spreeuw die een andere kant op vliegt) tot grote veranderingen op macroniveau kan leiden (andere vormen van de hele spreeuwenwolk).

Is een socratische dialoog, en een gesprek in het algemeen, inderdaad een complex systeem? Het lijkt aan alle kenmerken te voldoen: meerdere actoren (gespreksdeelnemers) die op niet-lineaire wijze met elkaar wisselwerken en gezamenlijk komen tot stellingnames over rechtvaardigheid die in individualiteit niet tot stand zouden zijn gekomen. De auteurs van deze lecture spirituelle ervoeren dit overigens aan den lijve toen ze een concepttekst ervan met elkaar bespraken. Het leidde tot onvoorziene ideeën en zinnen die zij geen van beiden hadden of vermoedden bij aanvang van het gesprek. De zin die u nu leest is daar een concreet
voorbeeld van.

Rechtvaardigheid als autopoietisch verschijnsel
De consequenties zijn verstrekkend. Als we in een socratische dialoog komen tot uitspraken over rechtvaardig­ heid en betekenis, en als deze dialoog een complex systeem is, dan komen onze opvattingen tot stand door autopoiesis. Die opvattingen vormen zich vanzelf in het gesprek en zijn deels onvoorspelbaar en oncontroleerbaar. De deelnemers (de spreeuwen) voeren het gesprek, maar het rechtvaardigheidsbegrip (de vorm van de spreeuwenwolk) ontstaat tegelijk op onvoorspelbare wijze door de interactie in het gesprek. De betekenis die wij aan gebeurtenissen geven, en ons oordeel over wat het goede is, wat rechtvaardig en betekenisvol is, vormt zich autopoietisch in interactie tussen de deelnemers aan het gesprek. Met andere woorden: rechtvaardigheid is een autopoietisch verschijnsel.

Zijn deze onvoorspelbare resultaten, inzichten daarmee willekeurig? Want veel herhaling en vastigheid lijkt er niet in te zitten? De uitkomsten van het gesprek hebben betekenis en geldigheid binnen de horizon van tijd en gemeenschap. Maar ze hangen niet in de lucht. Ze worden gedragen door gedeelde waarden en beginselen (common sense) en ze geven (nieuwe) inhoud aan die ‘common sense’.

En zo ontwikkelt het rechtvaardigheidsgevoel zich voortdurend. Geen absoluut houvast, maar wel een houvast dat alleen kan bestaan wanneer wij de morele plicht op ons nemen om dit soort gesprekken met elkaar aan te gaan. Ethiek staat niet op zich, het wordt gevoed en getoetst in ons handelen en spreken. Onze plicht schuilt erin onszelf steeds de vraag te stellen: welke zwerm tekent zich nu af en wat betekent dit?

Biografieën
Clovis Hopman (1977) promoveerde als theoretisch fysicus op sterrendynamica rond massieve zwarte gaten en vervolgde zijn onderzoek als postdoc aan de Leidse Sterrewacht. Daarna bekleedde hij verschillende functies bij De Nederlandsche Bank en is nu plv. directeur Algemene Economische Politiek bij het ministerie van Economische Zaken. Clovis was deelnemer aan de Comenius Wandeling en is moderator van de Comeniusleergang Leiderschap in Complexiteit.

Erik Boers (1960) ‘Philosopher in Residence’ bij Comenius, besloot na zijn studies Wijsbegeerte en Nederlands te gaan werken op het grensvlak van filosofie en organisatie. De afgelopen 35 jaar begeleidde hij talloze groepen professionals, management­ teams, Raden van Bestuur/Toezicht/Commissarissen bij het voeren van bezinnende gesprekken. In 2022 promoveerde hij aan de Radboud Universiteit op een onderzoek naar de geschiedenis en theoretische onderbouwing van het Socratisch Gesprek: ‘From Science to Conscience; the Socratic Dialogue Reconsidered’. Binnen Comenius is hij o.a. verantwoordelijk voor het domein Deugdzaam Bestuur & Toezicht.

Deze tekst verscheen eerder als Lecture Spirituelle.

Verder praten over dit artikel? Neem contact op met Team Leiderschapsontwikkeling via  033 – 422 99 29 of mail naar info@comeniusleadership.nl.

Meteen een telefonische kennismaking inplannen.